zondag 22 november 2015

10 redenen waarom ik Nieuw Zeeland nu al leuk vind...

Meer dan eens krijg ik de vraag waarom we het hier in godsnaam zo leuk vinden. Laat ik het daarom even voor jullie op een rijtje zetten:

1. De adembenemend mooie natuur: Nieuw Zeeland herbergt op een niet al te grote oppervlakte een aantal van wereld's mooiste natuurgebieden: Milford Sound bijvoorbeeld wordt door sommigen omschreven als het achtste wereldwonder, Tongariro National Park wordt als één van de mooiste wandeltochten in de wereld beschouwd en Nieuw Zeeland in zijn geheel wordt in menig lijstje opgenomen onder "mooiste landen ter wereld". Volledig terecht, uiteraard.

Milford Sound
2. Groen, groen, overal groen: Dit puntje sluit een beetje aan bij het voorgaande, maar is vooral belangrijk als je, zoals wij, in een grotere stad zoals Christchurch woont: het doet er niet toe waar je woont, je moet altijd maar een paar minuten wandelen om toegang te hebben tot een immens groot park. Dat is echt een meevaller als je een hond hebt!

3. De mensen: jawel, Kiwi's (de mensen) zijn echt vriendelijk. Laten we eerlijk zijn: wij Belgen zijn nogal op onszelf gericht. Zo sociaal zijn we niet. Voor ons ging er een echte wereld open toen we hier kwamen. Iedereen is zo enorm vriendelijk: als je er zelfs maar een beetje verloren uitziet, word je al snel aangesproken en krijg je hulp aangeboden. Aanvankelijk waren we een beetje achterdochtig (zoals het een echte Belg betaamt), maar het blijkt dat de Kiwi's echt gewoon zo vriendelijk zijn. Meer zit er niet achter... 

4. Veiligheid: Lekker actueel op dit moment, maar een waarheid als een koe. Waarom zou je niet houden van een land waar je gewoon je achterdeur wagenwijd kan laten openstaan als je even weg bent, waar je 's nachts zorgeloos over straat kan lopen en waar er geen terreurdreiging heerst. Ik geef het niet graag toe en ik besef het ook nu pas, maar eigenlijk was ik in België best vaak bang: 's avonds in je eigen straat lopen gaf al een onveiligheidsgevoel en ik heb menig nachten wakker gelegen vanwege inbreker-angst (ok, we woonden wel in Temse maar goed...). Hier hoeft dat allemaal niet: ik voel me gewoon veilig. Ik ben trouwens niet alleen met dat gevoel: volgens de 2015 Global Peace Index is Nieuw Zeeland het vierde veiligste land ter wereld. 

5. Rust: Alles is zo heerlijk "relax" in Nieuw Zeeland. Niemand maakt zich druk om nutteloze zaken. Iedereen doet gewoon waar hij/zij zin in heeft en neemt daarbij gewoon het minimale respect tegenover zijn medemens in acht: zo simpel kan het leven zijn. Wat de buurman doet, hoe de buurman woont, wat de buurman draagt of waarmee hij rijdt: dat kan niemand wat schelen. En zo zou het moeten zijn. 

6. De taal: Het kiwi-accent is hilarisch en enorm leuk om naar te luisteren. En neen, het klinkt helemaal niet zoals het Australische accent. Nieuw Zeelands klinkt veel mooier! (Zei ik volledig onbevooroordeeld).

7. Eten en drinken: Ok, Nieuw Zeeland heeft geen frietkoten en bolognese chips. Maar dat gezegd zijnde, Nieuw Zeeland heeft een enorme variëteit aan lekker eten: het is bijna onmogelijk om een restaurant binnen te stappen en slecht te eten. Je wordt bijna altijd getrakteerd op een culinair hoogstandje. Ik heb er zelf nog geen verklaring voor gevonden, maar we doen ons uiterste best om er zoveel mogelijk van te genieten. Het is vreemd, maar zelfs de groenten en het fruit zijn smaakvoller dan wat we gewend zijn: een overdaad aan zon en regen vermoedelijk? Naast overheerlijk eten is Nieuw Zeeland trouwens ook een voortreffelijk wijnland. Er worden honderden superieure wijnen geproduceerd. Ook hierbij doen we ons best om ze stuk voor stuk te testen.

8. Avontuur: Je kan het zo gek niet bedenken of je kan het hier doen: je hoeft er vaak zelfs niet eens ver voor te rijden. De Kiwi's hebben een voorliefde voor alles wat snel of gevaarlijk is. Goed, ik ben eigenlijk niet zo heel erg avontuurlijk, maar het is altijd fijn om de mogelijkheid te hebben. Ook voor iets minder akelige activiteiten zoals kayakken en mountainbiken hoef je nooit echt ver te gaan. 

9. Televisie: Ik geef het toe: je komt niet naar één van de mooiste landen ter wereld om dan voor de beeldbuis te gaan plakken. Maar eerlijk is eerlijk: er zijn 24 uren in een dag en je kan moeilijk de hele tijd buiten zijn. Soms wil je gewoon eens ontspannen en in de zetel ploffen. Dan heeft Nieuw Zeeland een aantal super programma's op de buis: Flight of the Conchords is één van de meer bekende. De reality-tv over vreemde metalfans, Bogans genaamd, is één van onze favorieten. Het Australische programma Soul Mates krijgt ons ook aan de TV gekluisterd. Dan zwijg ik nog over het feit dat Comedy Central hier een hele dag uitzendt: zalig gewoon!

Bogans (deze was gewoon te goed om te laten liggen)

10. De inheemse beestjes: Klein stukje geschiedenis: tot over 900 jaar waren er geen zoogdieren in Nieuw Zeeland (met uitzondering van één of twee soorten vleermuizen). Toen de eerste mensen aan land kwamen, brachten ze de rat en de hond mee. Pas veel later, met de komst van de Europeanen kwamen andere roofdieren zoals katten mee. Het gebrek aan natuurlijke vijanden heeft het wonderlijke effect met zich meegebracht dat een aantal van de Nieuw Zeelandse vogels niet kunnen vliegen. De bekendste daarvan is uiteraard de kiwi. Een heel deel andere vogels zijn dermate tam dat ze gewoon bij je aan tafel komen zitten om te wachten tot je een stukje eten laat vallen. Gelukkig voor deze beestjes is Mauwie duidelijk met pensioen sinds ze naar hier verhuisd is. Verder zijn er in Nieuw Zeeland geen slangen of beren en slechts twee soorten giftige spinnen. Je hoort ons alvast niet klagen!

De kiwi
Ik twijfel er niet aan dat het nu al een klein beetje duidelijker is waarom wij zo verliefd zijn op Nieuw Zeeland. Er is nu eenmaal weinig aan het land dat niet leuk is: ik werk wel aan een lijstje met "tien zaken die ik niet zo leuk vind aan Nieuw Zeeland", tot dusver heb ik de titel al neergeschreven. In Europa zeggen we vaak "leven als God in Frankrijk", waarmee we blijkbaar willen zeggen dat als God zou mogen kiezen hij in Frankrijk zou wonen. Geloof me, God weet wel beter: die heeft Frankrijk gecreëerd als afleiding, zodanig hij rustig kan genieten van al het moois hier in Nieuw Zeeland.  


woensdag 18 november 2015

De lieve sociaal werker

In mijn vorige blogbericht, amper enkele dagen geleden, beloofde ik nog plechtig aan mezelf dat ik zou bewijzen dat deze lieve sociaal werkster ook een agressieve verkoopster kan zijn. Amper enkele dagen later moet ik helaas toegeven dat geen enkel botje in mijn lijf kaas gegeten heeft van marketing. Helaas, als iets niet je ding is moet je dat ook durven toegeven. Vandaag nam ik dus, na amper vijf werkdagen, afscheid van mijn eerste Nieuw Zeelandse werkomgeving.
Ik doe dat niet met schaamte of hangende pootjes. Neen, integendeel, ik ben heel erg trots op mezelf dat ik me zover buiten mijn comfortzone heb begeven. Ik heb geprobeerd en ik heb er hard voor gewerkt, maar soms moet je gewoon durven opgeven. We horen al te vaak dat we moeten volhouden en nog een keer proberen. Ik ben het daar niet mee eens. Als je iets echt niet leuk vindt en je komt elke avond met een slecht humeur thuis, dan moet je weg gaan en weg blijven! Waarom zoveel tijd van je dag investeren in iets dat je niet fijn vindt? Nope, daarom ben ik niet naar Nieuw Zeeland gekomen! Tijd voor een nieuw avontuur. Er wacht heus nog wel een nieuwe job op mij.

Toen ik mijn ontslag gaf aan mijn baas, gaf hij me trouwens nog wat wijze woorden mee. Hij vond het enorm bewonderenswaardig dat ik het geprobeerd had. Tevens vond hij dat ik het erg goed gedaan had en bij momenten betere marketing-skills had vertoond dan sommigen die er al langer werken. Hij sloot af met de volgende woorden: "hé, je hebt het goed gedaan, je weet wel, voor een lieve sociaal werkster". Ach...

Na mijn eerste kleine irritatie, "ik ben geen lieve sociaal werker", besefte ik plots waar de waarde van deze job echt in zat: ik ben wel een lieve sociaal werker. Dat is exact wat ik ben en wat ik altijd zal zijn. Dat is wat ik graag doe en ik had een kleine omleiding nodig om dat opnieuw te beseffen. Want, toegegeven, er zijn momenten geweest dat ik twijfelde over mijn roeping. Dus zelfs al heb ik na vijf dagen moeten "opgeven", toch bekijk ik het niet zo: ik ben nu rijker dan enkele dagen geleden. Het-bedrijf-wiens-naam-we-niet-vernoemen heeft me meer geleerd dan ze ooit zullen beseffen...

maandag 16 november 2015

De beklimming van mount Richardson

Zaterdag was een speciale dag voor Saiko. Hoewel hij ondertussen al drie hele weken in het mooie Christchurch is, deden we nog geen echte bergwandeling met hem. Uiteraard gingen we al meer dan eens op wandeltocht met hem, maar meestal deden we eerder platte wandelingen. Christchurch is immers, in vergelijking met veel andere delen van Nieuw Zeeland, eerder plat.

Neen, zaterdag kozen we voor een heuse bergbeklimming. Als er iets is dat ik echt erg graag doe, dan is het wel bergen bewandelen. Er is iets heel speciaals aan het bedwingen van een bergtop: de anticipatie van de bergtop, het ernaar toe werken, niet geheel weten wanneer je nu echt zal aankomen op de top; dan eindelijk de top bereiken en weten dat het moeilijkste stuk voorbij is. Meer dan bij een gewone wandeling, heb je echt het gevoel iets bereikt te hebben. Het is een soort overwinning op jezelf.

Mount Richardson is met zijn 1047 meter zeker niet de hoogste berg van Nieuw Zeeland. De wandelroute is echter niet te onderschatten: routes worden in Nieuw Zeeland onderverdeeld in zes moeilijkheidsgraden, waarbij 'zes' het moeilijkste is. Mount Richardson krijgt een vijf. Zoals altijd was onze voorbereiding van een bedenkelijke kwaliteit. Het gaat ongeveer altijd hetzelfde: we bedenken dat we willen wandelen; we zoeken een wandeltocht op dichtbij; we kijken of er honden mogen; bekijken de moeilijkheidsgraad en pakken onze rugzak. Meestal pakken we voor een tweetal dagen eten en water mee: je weet maar nooit wanneer je verloren loopt. Een plan of andere belangrijke zaken hebben we zelden of nooit in ons bezit.

Bijzonder slecht voorbereid reden we dus naar de Glentui picnic area waar onze wandeltocht begon. Wat hadden we ons even mispakt aan moeilijkheidsgraad vijf. We hadden voordien al dergelijke tochten gedaan, maar nu was het toch weer een drietal weken geleden: onze fysiek was er duidelijk op achteruit gegaan. Saiko daarentegen kon zijn geluk niet op. Het beestje deed de tocht bijna twee keer omdat hij steeds moest terugkeren om zijn trage mensen op te wachten. Na drie uur, binnen de voorziene tijd, bereikten we eindelijk de top. Wat een fantastisch gevoel: alweer een bergtop bedwongen. Dat gevoel van overwinning verdween echter snel, omdat de elementen ons niet gunstig gezind waren. Een ijzige, stormachtige wind gepaard gaande met snijdende ijskoude regen stak de kop op.

Zelfs al is het op de top meestal slecht weer, je weet altijd dat het ergste stuk voorbij is. We bleven dus niet te lang op de top dralen, vooral omdat de wind zo hard was dat ik schrik had dat Saiko zou wegvliegen. Hoewel 99% van de wandelroutes in Nieuw Zeeland enorm goed zijn aangegeven, hadden wij zaterdag helaas die ene procent. We kwamen op een tweesprong waarbij nergens stond aangegeven welke richting we uitmoesten. Saiko zat echter al de hele tijd met zijn neus op de grond en ging resoluut één bepaalde richting uit. Aangezien een hond nu eenmaal beter is in spoorzoeken dan een mens, vertrouwden we op hem. Toen we na een uur nog niet waren aangekomen op het volgende punt, begonnen we toch een beetje te panikeren. Het leek alsof we volledig de verkeerde kant uitgingen en we waren bovendien amper gedaald. De ijzige wind en snijdende regen bleef ons ook vergezellen op de wandeltocht, wat het geheel natuurlijk net iets minder aangenaam maakte. Aangekomen bij een klein bosje besloten we even te schuilen en te plannen. Zoals het een echte hond betaamt, groef Saiko een diepe kuil om zichzelf warm te houden. We begonnen te plannen hoe lang we in het bos zouden kunnen overleven op onze proviand en na hoeveel dagen we Saiko zouden opeten (Kenny besloot dat hij nu al een beetje honger had en ik besloot dat dit nooit aan de orde zou zijn).

Aangezien het eigenlijk nog maar 16u was, besloten we dat we misschien net wat teveel gevoel voor drama hadden en dat het nog lang geen tijd was om te overnachten op de berg. We wandelden vol goede moed verder... Na amper vijf minuten wandelen, kwamen we aan op het volgende checkpoint: een overnachting in het bos voor niets gepland dus. We hebben er hartelijk om gelachen. We wisten uiteraard wel dat we niet echt zouden moeten overnachten in het bos, maar het was toch even spannend. Laten we hopen dat we nu ons lesje geleerd hebben en volgende wandelingen toch net iets beter voorbereiden. Saiko had alleszins de tijd van zijn leven. Het was onze eerste echte bergwandeling met ons drietjes: een klein avontuur, maar vast en zeker voor herhaling vatbaar!

Mt Richardson
Bergtoppen staan garant voor mooie uitzichten

zaterdag 14 november 2015

Mijn eerste jobervaring in Nieuw Zeeland

Aangezien het stilzitten mij wat begon tegen te steken, besloot ik enige tijd geleden om toch een tijdelijke job te zoeken. Dat wil dus zeggen: een job die ik kan doen tot er wat beters uit de lucht komt vallen: je weet wel bijvoorbeeld probation officer in Gisborne ofzo, ik zeg maar wat...
Ik besloot te zoeken op "backpackerboard", een site specifiek gericht op, je raadt het, rugzaktoeristen. Je vindt er, naast een schat van informatie over het land zelf, een vrij goede jobsite met een aanbod aan tijdelijke jobs. Na een korte zoektocht besloot ik om te solliciteren op een eerder vage vacature die interessante zaken beloofde zoals "veel geld". Ik mocht op gesprek, nadien op observatiedag en voor ik het wist had ik een job. In principe ben ik een tax agent nu, maar in de realiteit bestaat de job uit het van deur tot deur gaan en mensen aanbieden om hen te helpen bij hun belastingsaangifte. Jawel, je leest dat goed: van deur tot deur belastingsaangiften doen. Neen, daar kijkt niemand gek van op. Normaalste zaak van de wereld. Er zijn eigenlijk een heleboel mensen die geld moeten terugkrijgen van de belastingen, maar daar om diverse redenen niet toe komen. Als er dan plots iemand aan je deur klopt en je aanbiedt om daarmee te helpen, waarom zou je er dan niet op ingaan?

Woensdag was mijn eerste werkdag. Het stressgehalte viel al bij al goed mee, hoewel ik niet goed wist wat te verwachten. Ongeveer een half uur na mijn aankomst werd het helaas snel duidelijk: ik heb al veel domme beslissingen gemaakt, maar deze kan zeker in de top tien. De stijl van het bedrijf, waarvan ik de naam niet zal noemen want we houden het netjes op het internet, past, zacht uitgedrukt, niet echt bij mijn stijl. Ik had ergens iets moeten vermoeden toen men mij na de observatiedag vroeg om een andere broek aan te kopen, aangezien mijn broek (een hele mooie broek van Steps) niet geschikt was voor de job. Jullie mogen drie keer raden welke broek ik aanhad op mijn eerste werkdag... Juist, die hele mooie broek van Steps. Mijnheer de baas wierp bij mijn binnenkomst meteen een boze blik op mijn broek en ik wierp hem een zeer vriendelijke blik terug. Qua indruk op de eerste werkdag kan dat meteen tellen. De rest van de stijl van het bedrijf kan het beste uitgelegd worden als "erg Amerikaans". Ik blijf vermoeden dat de film "the wolf of wall street" in het verplichte introductiepakket zit (zonder de sex en drugs dan). Sleutelwoorden in de omschrijving van de sfeer zijn "luid" en "nog luider".

Ik kan eigenlijk nog wel even doorgaan met mijn hart luchten over de drie dagen durende nare jobervaring, maar ik vermoed dat het plaatje wel duidelijk is. Toch weiger ik om er na drie dagen al de brui aan te geven. Zeker niet nadat men mij erop wees dat ik "te lief" ben en te veel "sociaal werker". De komende week wil ik dan ook graag aan mezelf bewijzen dat deze lieve sociaal werkster ook een agressieve verkoopster kan zijn. De competitieve geest in mezelf is aangewakkerd. Ik geef wel toe dat ik er zelf een beetje om moet lachen...

Aan alle nare dingen zijn ook altijd positieve kantjes en dat is dit keer gelukkig ook zo. Een voordeel is alvast dat de werkuitjes hier net iets anders zijn dan in België. Waar wij Belgen met het werk misschien gaan bowlen of gaan uit eten, gaat men hier gaan drinken en naar de schietclub (gelukkig niet in die volgorde). Dat leunt nu toch net iets meer aan bij mijn interesseveld. Een tweede erg groot voordeel is dat Kenny de voorbije dagen, met alle plezier, huisman heeft gespeeld. Aangezien de werkuren van de job niet bepaald meevallen (de werkdag is gedaan om 20u), is het moeilijk om ook nog alle huishoudelijke taken op mij te nemen. Elke dag werd ik getrakteerd op een lekker, door Kenny bereid, avondmaal. In de volledige dertien jaar dat we al samen zijn, is dit een echte primeur. En dat dan nog drie keer op een rij ook! Reden te meer om die job toch nog niet meteen op te geven...




The shooting range

woensdag 11 november 2015

Mijn tweedaagse sollicitatietrip (deel 2)

Na een heerlijk nachtje slapen in mijn queensize bed (dat voor één keertje helemaal voor mij alleen was) in een donkere kamer (gordijnen! hoe zalig!), was ik helemaal klaar voor een vier uur durend assessment center.
De mevrouw van de bed and breakfast had me een gi-gan-tisch uitgebreid ontbijt klaargemaakt. Zelfs al was Kenny erbij geweest, we hadden het nog niet opgekregen. Volgens haar moest ik meer dan voldoende eten om sterk te staan voor mijn sollicitatie. Aangezien ik ook helemaal alleen was, en misschien ook wel wat eenzaamheid uitstraalde, vond ze het haar taak om mijn ontbijt niet saai te maken. Ze vertelde uitgebreid over haar reizen naar Europa en over de geschiedenis van Nieuw Zeeland. Zo uitgebreid dat ik bijna te laat kwam voor de sollicitatie!

Aangekomen (op tijd, gelukkig) in het assessment center werd de samenstelling van de groep meteen duidelijk. Er waren zeven aanwezigen: stuk voor stuk een pak ouder, inclusief meer beroepservaring, dan mezelf. In totaal waren er vier assessment centers met normaliter elk acht aanwezigen: 23 gegadigden dus. Het werd ook heel duidelijk dat "formal attire" in Nieuw Zeeland niet hetzelfde betekent als in België. Ik voelde me, op z'n zachtst uitgedrukt, een beetje "overdressed" in mijn formele jurkje met hoge hakken.
Ik was dus al redelijk uit mijn lood geslagen door het hoge niveau van de andere geselecteerde kandidaten. Terwijl ik mezelf wat bij elkaar trachtte te rapen, startte de voorstelling van de 10 (!) assessoren. Als je zou denken dat een introductie een aangename manier is om even te relaxen en op gang te komen, denk je fout, heel fout. Ik was net terug een beetje op mijn gemak, toen één van de assessoren op een bloedserieuze toon zei: "now let's pray" waarna hij ongeveer vijf minuten in het Maori begon te bidden. Om je een idee te geven van hoe dat klinkt: hallo bijvoorbeeld is "kia ora koutou". Het is goed dat ik mijn eigen gezicht op zo'n momenten niet kan zien want ik zou vermoedelijk niet hebben kunnen stoppen met lachen bij het aanschouwen van mijn eigen blik. Ik probeerde mezelf een beetje normaal te houden en deed gewoon wat iedereen deed: in alle respect mijn blik naar beneden richten. Vanbinnen was het echter een heel ander verhaal: het beetje zelfvertrouwen dat ik nog had, ging pijlsnel naar beneden. Het werd nog erger toen twee van de aanwezige kandidaten zichzelf voorstelden in het Maori. Probeer jij jezelf maar eens serieus te houden wanneer iemand een hele uitleg doet in het Maori en dan eindigt met "over 4 years now". Weg zelfvertrouwen! Als je denkt dat je nu wel alles hebt gehoord, dan ben je opnieuw heel erg fout. Neen, daar eindigde de voorstelling niet van de man. Nadat hij zo ongeveer zijn hele levensverhaal had verteld, boog hij zijn hoofd en begon hij .... jawel... te zingen (in het Maori). Dat de man begon te zingen op zijn sollicitatiegesprek is zelfs niet het meest opvallende aan het hele gebeuren. Dat niemand hiervan vreemd opkeek: dat is pas echt gek! Ok, er keek één iemand vreemd op, maar dat was ik dus dat telt niet.

Daar zat ik dus, volledig beroofd van al mijn zorgvuldig opgebouwd zelfvertrouwen en helemaal niet klaar voor een vier uur durende assessment. De eerste twee oefeningen (beiden groepsoefeningen) gingen dan ook helemaal niet goed. Daarna was het tijd voor rollenspelen en daar had ik toch echt wel een streepje voor (al zeg ik het zelf) door middel van mijn ervaring (ik was de enige die specifiek ervaring had met volwassen mannelijke gedetineerden). Het eerste rollenspel was een "onthaal van een nieuw binnengekomen gedetineerde". Piece of cake! Als er iets is dat ik kan, is het wel onthalen van nieuwe gedetineerden. Ik hoop dat mijn vroegere werkmaatjes dit kunnen bevestigen... Ik voelde me meteen weer in mijn element. Vanaf dat moment ging het eigenlijk alleen maar beter. Het volgende rollenspel was een "klagende gedetineerde". Gelukkig heb ik daar ook wel een klein beetje ervaring mee... Als laatste moest ik dan nog vertellen wat ik zou doen in twee bepaalde situaties: 1. je ziet een gedetineerde een pakje verstoppen aan het buitenhek, en 2. een gedetineerde vraagt je om een postkaart te versturen op weg naar huis. Ik wil toch graag even mezelf bestoefen en aan iedereen laten weten dat de assessor zijn verbazing over mijn ultra-volledige antwoord niet kon wegstoppen en met zijn mond vol tanden zat: "you just covered everything, I got nothing left to say"... Pluimpje voor mezelf.

Zelfs al heb ik de job niet, ik vind van mezelf dat ik het al bij al goed gedaan heb. Ik ben enorm trots op mezelf dat ik deze tweedaagse helemaal alleen overleefd heb. Ik ben ver buiten mijn comfortzone gegaan door alleen op reis te gaan, alleen de vlieger te nemen en mezelf vier uur te laten beoordelen in het Engels. Ik was toch enorm blij om na een lange vlucht de woorden te horen "u bent aangekomen in Christchurch". Wat een vreemd gevoel om dat thuisgevoel te krijgen in een stad meer dan 20.000 km verwijderd van "thuis". Christchurch, mijn home away from home...

dinsdag 10 november 2015

Mijn tweedaagse sollicitatietrip (deel 1)

Wat een mens al niet over heeft voor een sollicitatie: op maandag 09 november vertrok ik moederziel alleen met het vliegtuig naar New Plymouth om daar op dinsdag 10 november te gaan deelnemen aan een vier uur durend assessment center voor een job als probation officer.

Met het vliegtuig gaan solliciteren kan op zich een beetje raar lijken, maar het vliegtuig is hier wel het snelste vervoermiddel. Dat is zeker zo als je van het ene eiland naar het andere moet. "Even snel de vlieger op", dacht ik maandagochtend toen ik afscheid nam van Kenny, Saiko en Mauwie. Fout gedacht, zo bleek al snel. Op het moment dat het vliegtuig eigenlijk al in de lucht had moeten hangen, meldde men dat de vlucht een half uur werd uitgesteld wegens slechte weersomstandigheden in New Plymouth. "Ach, dat is nu wel typisch Nieuw Zeeland" dacht ik in mezelf. Maar goed, niet getreurd. Ik was net een goed boek aan het lezen dus wat extra leestijd kon geen kwaad.
Een half uurtje later werd mijn geduld nog wat extra op de proef gesteld: "de vlucht werd afgelast wegens slechte weersomstandigheden". Ok, dat is net wat lastiger. Er zat niets anders op dan met het Air New Zealand personeel te gaan praten om een oplossing te zoeken. Op mijn typisch Belgische manier maakte ik me klaar voor hevige discussies en mogelijke ruzies met gestresseerde medereizigers.
Wat ik aantrof aan de balie van Air New Zealand was helemaal iets anders. Vier vriendelijke personeelsleden van de maatschappij stonden klaar om iedereen te woord te staan. Op amper vijf minuten tijd hadden ze drie mogelijke oplossingen uitgewerkt waar reizigers uit konden kiezen. De gedupeerde reizigers stonden allen netjes aan te schuiven in de rij, zonder morren of klagen. Op, zonder overdrijven, vijftien minuten tijd was ik herboekt op een andere vlucht naar Palmerston North en had Air New Zealand van daaruit een busrit ingelegd naar New Plymouth. Waauw Nieuw Zeeland, petje af. Daar kunnen wij Belgen (personeel én reizigers) allemaal wat van leren.
Nog een half uurtje later zat ik op het vliegtuig naar Palmerston North, ongeveer een uurtje vliegen. Daar aangekomen werd ik al snel aangesproken door personeel van Air New Zealand: "of ik op zoek was naar de busrit naar New Plymouth". Beetje vreemd, had men in Christchurch mijn signalement doorgegeven? Samen met een aantal andere reizigers wachtten we op de bus. Het werd nog maar eens bevestigd hoe vriendelijk Nieuw Zeelanders zijn. In een mum van tijd kende iedereen elkaar en had men mij al alle goede plekjes in New Plymouth uitgelegd en uitgebreid succes gewenst met mijn sollicitatiegesprek. De buschauffeur, die samen met ons op de bus aan het wachten was, keek al uit naar de busrit en plande al allerlei leuke stopplekjes onderweg. "Fijn", dacht ik in mezelf en ik vond het plots niet meer zo erg dat het slecht weer was in New Plymouth.
Plotseling werd de gezellige babbel onderbroken door een, op z'n zachtst uitgedrukt, gestresseerde familie: moeder, vader en 2 jaar oud kind, inclusief drie grote koffers, een kinderwagen én een autostoel. Het gezicht van de buschauffeur veranderde op slechts één seconde tijd van zorgeloos naar zeer bezorgd. "Oei, moeten jullie er ook nog bij?" vroeg hij met een rood aanlopend gezicht. Blijkbaar had men in Christchurch slechts zes mensen met beperkte bagage doorgegeven en was er dus een klein busje geregeld. Er moest dus in een mum van tijd op zoek gegaan worden naar een grotere bus. Het was ondertussen al bijna 13u en we hadden nog een busrit van bijna drie uur te gaan. "Ook dat is helaas typisch Nieuw Zeeland" dacht ik in mezelf.
Een goed kwartier laten konden we eindelijk aan de lange busrit beginnen. Hoewel ik er een beetje tegenop zag, was het best nog een gezellige rit. Er werd heel wat afgebabbeld en de sfeer zat er goed in.
Aangekomen in New Plymouth (waar het trouwens stralend weer was, ook typisch Nieuw Zeeland zeker?) was er nog een extra bonus: blijkbaar waren prins Charles en Camilla op bezoek geweest. Zij gingen net aan hun terugreis beginnen (naar Auckland) toen ik toekwam. Een taxi zoeken op dat moment had weinig zin: ik trof alle taxis aan met hun deuren wagenwijd open alsof ze uit hun taxi gespurt waren om een glimps op te vangen van het Koninklijk bezoek. Ik sloot me dus aan bij de groep van twintig mensen die zich had gevormd om prins Charles en Camilla uit te wuiven. De groep werd "bewaakt" door een drietal politieagenten wiens taak blijkbaar bestond uit het aanwijzen van de beste wuif-plaats aan mensen. Zo werd ik zelf richting een hek geduwd (waar men volgens mij niet mocht staan, maar goed) zodanig ik hen beter zou kunnen zien. Ook dat zou ondenkbaar zijn in ons Belgenlandje. Na een vijftal minuten wachten werd de groep dan eindelijk beloond door de komst van prins Charles en Camilla. Zien hoe de Nieuw Zeelanders genoten van dit moment, maakte de dag voor mij ook de moeite waard. Uiteraard heb ik zelf ook netjes meegewuifd.

Wat een nare en lastige ervaring had kunnen worden, werd door de vriendelijkheid van de Nieuw Zeelanders omgetoverd tot een best nog wel aangename dag. We kunnen er wat van leren: niet dralen over wat is foutgelopen, maar genieten van het moment en dankbaar zijn voor de nieuwe ervaringen die je hierdoor meemaakt.

maandag 2 november 2015

Christchurch, stad in de steigers

We zijn hier nu iets meer dan een week in Christchurch en het viel me op dat ik nog geen woord op deze blog geschreven heb over de indrukken die deze stad op ons nalaat. Dat komt omdat ik het heel erg moeilijk vind om exact te beschrijven wat ik nu echt vind van Christchurch. De eerste dagen hebben we het trouwens alletwee niet eenvoudig gevonden om ons een mening te vormen over deze stad.

Voor wie deze stad niet kent, is een korte duiding bij onze gemengde gevoelens wellicht nodig. Het zit namelijk zo dat er zich in 2010 en 2011 twee zware aardbevingen voordeden. Hoewel de aardbeving van 2011 minder zwaar was (op de schaal van Richter) dan die in 2010 was de schade enorm. Het dodental strandde op 165 en zowat het grootste gedeelte van het Central Business District werd aanzienlijk verwoest. De heropbouw van Christchurch neemt enorm veel tijd in beslag en men schat dat dit nog ongeveer 30 jaar kan duren.

Waarom verhuis je nu in godsnaam naar een stad die in puin ligt, hoor ik jullie vragen? Wel, in 2014 brachten we ons eerste bezoek aan deze stad en we werden meteen verliefd. Doorheen al het puin kon je nog steeds zien wat voor moois er ooit geweest was. Bovendien is een stad die heropgebouwd moet worden nu eenmaal een vat vol mogelijkheden. Aangezien ons leven op dit moment een leeg canvas is dat geschilderd kan worden, leek het ons logisch om de verf in Christchurch te halen.

Het moet gezegd: er zijn al grote veranderingen gebeurd sinds 2014. Het lijkt alsof het meeste puin ondertussen is opgekuist en men nu ook echt aan de heropbouw kan beginnen. Het geeft een ander gevoel wanneer kranen er staan om gebouwen te bouwen in plaats van ze af te breken. Maar toch ontbreekt er iets en we kunnen ons beiden niet van dat gevoel ontdoen. De buitenwijken van Christchurch zijn stuk voor stuk gezellige buurten. Je hebt absoluut niet het gevoel van in een grootstad te zitten, maar toch kan je het zo gek niet bedenken of je kan het hier wel vinden. (Christchurch heeft trouwens ook paprikachips, icetea met bubbels en lekker krokant gesneden tijgerbrood.) Maar dat ene bindende element, dat je in andere steden wel hebt, ontbreekt hier: het centrum van de stad is verdwenen. Goed, er is een tijdelijke mall (gebouwd uit containers, absoluut de moeite waard om een bezoekje te brengen!) en je kan heerlijk wandelen in de mooie botanic gardens en aan de Avon rivier. Er is een stadskern, maar overal word je herinnerd aan die donkere dag in de geschiedenis van Christchurch. Ik kan me alleen maar indenken hoe confronterend dit moet zijn voor zij die de aardbeving werkelijk hebben meegemaakt!

Dat gezegd zijnde, we zijn hier graag. Christchurch heeft alles te bieden wat wij zoeken (paprikachips onder andere...) en we zijn gelukkig in ons nieuwe huisje. De vele parken en wandelroutes die de stad en omgeving rijk is, zorgen voor uren wandelplezier. We horen Saiko alvast niet klagen... Het lijkt alsof onze verhuis naar Christchurch ons rust gebracht heeft: die rust waarvoor we de oversteek naar Nieuw Zeeland in de eerste plaats gemaakt hebben. Ja, je hoort het goed: ons stressloze bestaan van in de vorige blogpost zet zich rustig verder. Voor ik het vergeet te vermelden: een stressloos bestaan heeft blijkbaar een positieve invloed want enige tijd geleden werd ik helemaal uit het niets gebeld voor een job als probation officer. Ik moet het telefonische jobinterview blijkbaar goed gedaan hebben, want volgende week mag ik naar het assessment centre. Dinsdag 10 november zal ik het stressloos bestaan dus heel even moeten opgeven voor een voormiddagje van testen en rollenspelen. Als iedereen die deze blog leest, op dat moment even heel erg positief denkt aan mij, dan komt het helemaal goed!


Tijdelijke Re-Start shopping mall